Op dinsdag behaalde Feyenoord op sensationele wijze een punt in de Champions League-wedstrijd tegen Manchester City. De Rotterdammers stonden 3-0 achter en leken kansloos, maar slaagden er toch in om in de slotfase een gelijkspel te bereiken: 3-3.
De ban werd vlak voor rust gebroken door Erling Haaland, die een strafschop benutte. Ilkay Gündogan vergrootte de voorsprong naar 2-0 met hulp van Dávid Hancko, die de bal van richting veranderde. Niet veel later zorgde Haaland voor de 3-0.
City leek onverslaanbaar, maar Feyenoord gaf niet op. Door City's minder agressieve spel kregen de Rotterdammers kansen en wisten ze terug te komen. Anis Hadj-Mouss bracht de hoop terug, gevolgd door doelpunten van invaller Santiago Giménez en Hancko die de comeback compleet maakten.